antipurisme

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·pu·ris·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord antipurisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

antipurisme o

  1. (taalkunde) de neiging vooral een leenwoord te willen gebruiken, ook als de eigen taal ergens een woord voor heeft, uit angst om als purist uitgemaakt te worden
    • Veel Nederlanders lijden aan antipurisme. 
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'antipurisme' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.