alleensprekend

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·leen·spre·kend
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen alleensprekend
verbogen alleensprekende
partitief alleensprekends

Bijvoeglijk naamwoord

alleensprekend

  1. een rechter die in zijn eentje een uitspraak kan doen
    • Een kantonrechter is een alleensprekende rechter. 
    • Een alleensprekende strafrechter kan alleen in kleinere zaken een uitspraak doen. 

Gangbaarheid

  • Het woord alleensprekend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.