algauw

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·gauw
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

algauw

  1. spoedig, snel
    • Het werd algauw een algemene titel die door meerdere dames van het hof tegelijk kon worden gedragen 
    • Algauw zullen de rimpelingen veroorzaakt door één plons zich zover uitbreiden dat ze overal op het spiegelende wateroppervlak gevoeld kunnen worden. [1] 

Gangbaarheid

  • Het woord algauw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
78 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Shafak, Elif Liefde kent veertig regels vertaald uit het Turks door Smits, Manon [2011] ISBN 978-90-445-1742-2 pagina 9
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.