aidskliniek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aids·kli·niek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aidskliniek aidsklinieken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

aidskliniek v

  1. (medisch) ziekenhuis speciaal voor aidspatiënten; polikliniek voor aidspatiënten en mensen die zich op aids willen laten testen
    • Maar alle kindergekheid op een stokje: Angelina en Brad zijn goede mensen. Zo zijn ze nu bezig met het bouwen van een aidskliniek in Ethiopië. Daar gaan ze binnenkort op bezoek, en dan bekijken ze, volgens dezelfde bron, meteen of er nog een kind is om te adopteren. 'Het liefst willen ze een meisje tussen de 2 en 3 drie jaar oud,'liet de bron aan Grazia weten.[1] 
    • Netwerk Ditesogo is drie jaar en lijdt aan aids. Zijn moeder brengt hem niet naar de aidskliniek maar bezoekt een plaatselijke medicijnman. Met fatale gevolgen.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord aidskliniek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. De Volkskrant AAF BRANDT CORSTIUS 18 januari 2014 Aaf leest sterren
  2. De Volkskrant 6 december 2007 Televisie
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.