afsnauwen
Nederlands
Woordafbreking
- af·snau·wen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en snauwen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afsnauwen |
snauwde af |
afgesnauwd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
afsnauwen
- overgankelijk iemand op geïrriteerde toon kortaf antwoorden
- Zit me toch niet zo af te snauwen, joh!
Gangbaarheid
- Het woord afsnauwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afsnauwen' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.