afrijgen
Nederlands
Woordafbreking
- af·rij·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en rijgen ww
Werkwoord
afrijgen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afrijgen |
reeg af |
afgeregen |
klasse 1 | volledig |
- een kledingstuk van het lichaam verwijderen dat met een koord vastgemaakt is
Gangbaarheid
- Het woord 'afrijgen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afrijgen' herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.