afmelken

Nederlands

Uitspraak

Geluid: afmelken (hulp, bestand)

Woordafbreking

af·mel·ken

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van af bw en melken ww

Werkwoord

afmelken [1]

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
afmelken	melkte af molk af	afgemolken
klasse 3 zwak -t gemengd	volledig

de uiers van koeien ontdoen van melk

- Ze uitten zich in de architectuur en inrichting van de boerderijen, het gewassenpatroon, de arbeidsdeling op en tussen boerderijen; tot aan de aanspanning der paarden en lokale gebruiken als het afmelken van koeien toe. [2]
melkkoeien dermate heftig melken dat ze vermageren

Gangbaarheid

Het woord afmelken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afmelken' herkend door:

86 %	van de Nederlanders;
79 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
NRC Henk Donkers 25 maart 1993 Kaasboer, computerboer, koeienboer, gierboer

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.