afbakenen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·ba·ke·nen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afbakenen
bakende af
afgebakend
zwak -d volledig

Werkwoord

afbakenen

  1. overgankelijk de grenzen van iets duidelijk markeren
    • De vaargeul was goed afgebakend. 

Gangbaarheid

  • Het woord afbakenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.