aanwateren
Nederlands
Woordafbreking
- aan·wa·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en water zn
Werkwoord
aanwateren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanwateren |
waterde aan |
aangewaterd |
zwak -d | volledig |
- vochtig maken, met name van zand
- Directielid A. Bemelmans van zandfabrikant Smals in Herten bij Roermond herinnert zich zandkunstenaar Kirk nog levendig. 'Hij wilde een bepaalde korrelopbouw, met een grote haakweerstand, het moest zich goed laten aanwateren en vast aanstampen. We hebben wat mengsels voor hem gemaakt. Hij stak zijn hand erin en wees meteen aan wat hij hebben moest.'Sindsdien voert Smals in zijn assortiment SCULPsanD, een gedeponeerd merk. '[1]
Gangbaarheid
- Het woord aanwateren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.