aanstrijken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanstrijken    (hulp, bestand)
  • IPA: /'anˌstrɛikə(n)/
Woordafbreking
  • aan·strij·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanstrijken
streek aan
aangestreken
klasse 1 volledig

Werkwoord

aanstrijken

  1. langs iets strijken
    • De snaren van een viool worden aangestreken met behulp van een strijkstok. 
  1. voegen, dichtsmeren
  2. doen ontbranden
    • Hij probeert een lucifer aan te strijken, maar de kop ketst af. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanstrijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.