aanpraten
Nederlands
Woordafbreking
- aan·pra·ten
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en praten ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanpraten |
praatte aan |
aangepraat |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
aanpraten
- inergatief doorpraten
- Er werd enige tijd nog wat aangepraat, maar veel zinnigs werd er niet meer gezegd
- ditransitief overhalen tot een bepaalde zienswijze
- Hij had dat van jongs af aan aangepraat gekregen.
Gangbaarheid
- Het woord aanpraten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aanpraten' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.