aankrijgen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aankrijgen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaŋˌkrɛiɣə(n)/
Woordafbreking
  • aan·krij·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aankrijgen
kreeg aan
aangekregen
klasse 1 volledig

Werkwoord

aankrijgen

  1. absoluut aan het lichaam krijgen (kledingstuk)
    • Hij kreeg die broek niet meer aan. 
  1. absoluut bereiken dat iets brandt
    • Ondanks de regen kregen ze het vuur vrij snel aan. 

Gangbaarheid

  • Het woord aankrijgen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.