aangebracht

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·ge·bracht
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanbrengen

aangebracht

  1. voltooid deelwoord van aanbrengen

Bijvoeglijk naamwoord

stellend
onverbogen aangebracht
verbogen aangebrachte
partitief aangebrachts
  1. van iets dat het op iets anders is gedaan
    • - Toen we het huis wilden verven moesten we eerst de eerder aangebrachte verflagen verwijderen. 

Gangbaarheid

  • Het woord aangebracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.