aanbeland
Nederlands
Woordafbreking
- aan·be·land
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanbelanden |
aanbeland
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanbelanden
- ... dat ik aanbeland.
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van aanbelanden: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van aan bw en beland ww
Gangbaarheid
- Het woord aanbeland staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.