Viking

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Viking    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈvikɪŋ/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈvikɪŋ/
Woordafbreking
  • Vi·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Viking Vikingen
Vikings
verkleinwoord Vikinkje Vikinkjes

Zelfstandig naamwoord

Viking m

  1. een Scandinavische krijger, behorend tot de noordelijke tak van de Germanen
    • Vikingen namen toen zij hier kwamen prachtige schatten met zich mee, machtige strijders waren hun leiders zwierven al over zee.[1] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord Viking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.