Junggeselle

Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Jung·ge·sel·le
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Duitse woorden jung en Geselle
enkelvoud meervoud
nominatief der Junggeselledie Junggesellen
genitief des Junggesellender Junggesellen
datief dem Junggesellenden Junggesellen
accusatief den Junggesellendie Junggesellen

Zelfstandig naamwoord

Junggeselle, m

  1. vrijgezel
Uitdrukkingen en gezegden
  • ein eingefleischter Junggeselle
een verstokte vrijgezel
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.