IJ

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  IJ    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɛi/ (vroeger: /i/, /i.ə/)
Woordafbreking
  • IJ
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord IJ -
verkleinwoord - -

Eigennaam

IJ o (vroeger: v)[3]

  1. (toponiem: rivier) meer, vroeger een zeearm, nabij Amsterdam
    • Het IJ scheidt Amsterdam-Noord van de rest van de stad. 
  1. (toponiem: rivier) meer nabij Spaarndam, deel van de vroegere zeearm dat niet is ingepolderd,
Schrijfwijzen
  • Y (verouderd)
  • Ye (verouderd)
Gelijkklinkende woorden
Hyponiemen
  • Binnen-IJ
  • Buiten-IJ
Afgeleide begrippen
  • Afgesloten IJ, IJburg, IJdijk, IJdok, IJgeul, IJhaven, IJmeer, IJmond, IJmuiden, IJ-oever, IJplein, IJpolder, IJpromenade, IJ-tunnel, IJveer, Oer-IJ,

Verwijzingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'IJ' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.