Werner Lorenz

Werner Lorenz (Grünhof, 2 oktober 1891 - Hamburg, 13 maart 1974) was de leider van het Hauptamt Volksdeutsche Mittelstelle, SS-Obergruppenführer, Generaal van de Waffen-SS, politiegeneraal en veroordeeld oorlogsmisdadiger.

Werner Lorenz
SS-Gruppenführer Werner Lorenz, 1934
Geboren2 oktober 1891
Grünhof nabij Stolp, Pommeren, Koninkrijk Pruisen
Overleden13 maart 1974
Hamburg, West-Duitsland
ReligieEvangelist[1]
Land/zijde Duitse Rijk
Weimarrepubliek
 Nazi-Duitsland
Flensburgregering
 Duitsland
 West-Duitsland
Onderdeel Deutsches Heer
Luftstreitkräfte
Schutzstaffel
Dienstjaren1911 - 1920
1931 - 1945
Rang
SS-Obergruppenführer en Generaal in de Waffen-SS en politie
EenheidSS-Abschnitt II
31 maart 1931 -
9 november 1931[2]
SS-Rasse und Siedlungshauptamt
BevelSS-Abschnitt VII
9 november 1931 -
12 februari 1934[3]
SS-Oberabschnitt „Nordost”
15 december 1933 -
1 februari 1934[4]
SS-Oberabschnitt „Nordsee”
12 februari 1934 -
1 maart 1937[5]
Hauptamt Volksdeutsche Mittelstelle
Slagen/oorlogenEerste Wereldoorlog

Tweede Wereldoorlog

OnderscheidingenZie decoraties

Het begin

Werner Lorenz werd geboren in Grünhof (nu Postomino) en was de zoon van een landheer. Weliswaar voerde de familie geen “von” in de naam, maar Lorenz was een van de weinige SS-leiders die op zijn minst een familiewapen kon aanbieden, als Himmler van elk van de hogere SS-leiding een familiewapen voor het optooien van de Wewelsburg eiste.

Lorenz trad in dienst van een elitair cadettenkorps, om een Pruisische legerofficier te worden. In april 1913 werd hij Fahnenjunker in een Dragonregiment. Lorenz ging in augustus 1914, onmiddellijk na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog naar het front. Waar hij binnen een maand onderscheiden werd met het IJzeren Kruis 1914, 2e Klasse. In 1915 wisselde hij van de cavalerie naar de Luftstreitkräfte. Hij diende nog als stafofficier en werd nog kort voor het einde van de Eerste Wereldoorlog onderscheiden met het IJzeren Kruis 1914, 1e Klasse. Na het einde van de oorlog, stond de laatste door hem geleide eenheid in het Poolse grensland. Met Grenzschutz Ost nam hij deel aan gevechten, tot zijn eenheid in maart 1920 ontbonden werd.

Hij werkte als agrariër, en verwierf land- en industriebezit in Gdańsk.

Nazicarrière

In 1929 werd Lorenz lid van de NSDAP en op 31 januari 1931 van de SS. In 1933 fungeerde hij als lid van de Landestag in Pruisen en in november 1993 als lid van de Rijksdag. Gelijktijdig werkte hij als Staatsrad in Hamburg.

Op 9 november 1933 werd Lorenz tot SS-Gruppenführer bevorderd. Van 1934 tot 1937 was hij leider van de SS-Oberabschnitt „Nord”, met zijn kantoor in Hamburg. In november 1936 werd hij tot SS-Obergruppenführer bevorderd. Vanaf januari 1937 leidde hij het Hauptamt Volksdeutsche Mittelstelle (VOMI) en was vanaf oktober 1939 direct aan de Reichskommissariat für die Festigung des deutschen Volkstums (RKFDV), Heinrich Himmlers ondergeschikte. Daarnaast was Lorenz gelastigde voor internationale relaties bij de plaatsvervanger van de Führer, Rudolf Hess. In deze hoedanigheid fungeerde hij als president van het “Gesellschaft für zwischenstaatliche Verbände“.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Lorenz belast met het vestigen van etnische Duitsers in gebieden waar de oorspronkelijke bewoners waren verdwenen. De nieuwe bewoners kregen daar vaak een stuk land aangewezen en konden onder gezag van het VoMi arbeid verrichten. In 1941 werd het VoMi aanvankelijk een Hauptamt, maar al na enkele maanden werd het feitelijk opgenomen in het RKFDV. Lorenz bleef na de 'overname' van zijn organisatie verantwoordelijk voor de vestiging van etnische Duitsers in nieuwe gebieden. Tevens was hij verantwoordelijk voor de in beslag genomen Joodse persoonlijke bezittingen gedurende Aktion Reinhard, de massamoord op de Poolse Joden.

Krijgsgevangenschap en proces

Werner Lorenz na zijn aanhouding

Na de Tweede Wereldoorlog werd Lorenz kort in Engeland gevangen gehouden, op 10 maart 1948 werd hij in het Prozess Rasse- und Siedlungshauptamt der SS wegens oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en deelname aan een criminele organisatie tot 20 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Als leider van VOMI was Lorenz verantwoordelijk voor de hervestiging en huiswaarts leiden van Duitse diaspora en Duitse minderheden in het buitenland. Alsmede voor de germanisering van buitenlandse kinderen, vooral Poolse en Sloveense kinderen. In 1951 werd zijn gevangenisstraf tot 15 jaar gereduceerd. In het voorjaar van 1955 werd hij uit de gevangenis van Landsberg vrij gelaten.

Werner Lorenz overleed in 1974 in Hamburg.

Familie

Werner Lorenz had drie kinderen; Rosemarie (1920), Jutta (1922) en Joachim-Werner (1928). Zijn oudste dochter Rosemarie Springer was de derde vrouw van de uitgever Axel Springer.

Militaire loopbaan

Registratienummers

Decoraties

Zie de categorie Werner Lorenz van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.