Watermoccasinslang

De watermoccasinslang[1] (Agkistrodon piscivorus) is een slang uit de familie adders (Viperidae).[2] De soort werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Bernard Germain de Lacépède in 1789. Oorspronkelijk werd de wetenschappelijke naam Crotalus piscivorus gebruikt.

Watermoccasinslang
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata (Schubreptielen)
Onderorde:Serpentes (Slangen)
Superfamilie:Colubroidea
Familie:Viperidae (Adders)
Onderfamilie:Crotalinae (Groefkopadders)
Geslacht:Agkistrodon
Soort
Agkistrodon piscivorus
Lacépède, 1789
Afbeeldingen op Wikimedia Commons
Watermoccasinslang op Wikispecies
Portaal    Biologie
Herpetologie

Uiterlijke kenmerken

Deze slang kan bijna twee meter lang worden, maar de meeste aangetroffen exemplaren blijven kleiner. Het lichaam wordt zeer dik, met name bij oudere dieren. De kleur is bruin, met grote donkerbruine, zwartomrande vlekken over het hele lijf die verschuiven en zo een markante tekening geven. Er komen ook exemplaren voor met meerdere vlekkenrijen. De kop is geheel bruin tot roestbruin, evenals een deel van de nek en de staart loopt erg spits af. De staartpunt is bij de jonge dieren geel tot rood, ze gebruiken de staartpunt om voedsel mee te vangen.[3]

Voedsel en jacht

Bij de jacht wordt gebruikgemaakt van zogenaamde warmtereceptoren, die infrarode straling kunnen opvangen. De slangen eten voornamelijk vis (piscivoor = visetend), maar ook wel kleine zoogdieren, insecten, vogels, kleine krokodillen en andere slangen worden gegeten. Prooien zoals kikkers worden door juvenielen gelokt doordat de slang zich oprolt en heel stil blijft liggen. De opvallende, roze tot gele staartpunt wordt echter omhoog gestoken, en heen en weer gekronkeld, alsof het een worm is. Als een prooi geïnteresseerd is en de worm op wil eten, slaat de slang toe en de maaltijd is binnen. Deze vangmethode lijkt wel wat op die van de bijtschildpad (Chelydra serpentina), maar deze doet het trucje onder water en met vissen. Oudere dieren verliezen deze verkleuring en stoppen ook met de vangmethode. Ze vangen hun prooi door op de oever in een hinderlaag te liggen en deze uit het water te grijpen.

Algemeen

Als de slang in een dreighouding zit, kronkelt de staart onrustig boven het dier en de kop staat naar voren, met de bek dreigend geopend, deze soort is giftig en kan dodelijke beten toebrengen. De watermocassinslang komt voor in de Verenigde Staten, in 17 staten in het zuidoosten van het land, in sommige streken is deze soort nog algemeen. De habitat bestaat uit bossige omgevingen met open plekken, en meestal bij water in de buurt vanwege de voorkeur voor vis. Het is geen klimmende soort, maar de slang kruipt over de grond, alleen als gerust wordt doet hij dat soms in een boomkruin. De watermocassinslang is eierlevendbarend, de jongen worden niet in een ei geboren maar komen levend ter wereld. Er worden meestal 5 tot 9 jongen per jaar afgezet, dit kan oplopen naar 16.[4]

Afbeeldingen

Bronvermelding

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.