Tetanus

Tetanus, ook wel kaakklem of wondkramp genoemd, wordt veroorzaakt door de bacterie Clostridium tetani,[1] die algemeen in aarde en straatvuil (vroeger speelde paardenmest hierin een belangrijke rol) voorkomt. De spore van de bacterie kan bij een verwonding in het lichaam komen en zich daar gaan vermenigvuldigen. Dat gebeurt vooral in kleine, diepe wonden (trappen in een roestige spijker). Ook bij beten door dieren kan men tetanus krijgen, omdat de tetanusbacterie het best groeit in een zuurstofarme omgeving. Ook brandwonden zijn vooral in ontwikkelingslanden berucht. De incubatietijd bedraagt gemiddeld 3 tot 21 dagen.[1]

Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht.
Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts.
Tetanus
Opisthotonus is een symptoom van een tetanusinfectie
Coderingen
ICD-10A33-A35
ICD-9037, 771.3
DiseasesDB2829
MedlinePlus000615
eMedicineemerg/574
Portaal    Geneeskunde

Symptomen

De bacterie produceert een zeer krachtige gifstof, het tetanustoxine, die pijnlijke spierkrampen veroorzaakt en snel ook de ademhalingsspieren kan aantasten. De ziekte begint met spierstijfheid, meestal in de kaken. Langzaam breidt deze zich uit naar onder andere de nek en de armen, die stuk voor stuk stijf worden en verkrampen. De zieke krijgt hevige onophoudelijke spierkrampen, ook van de kaken en de mimiekspieren en het gelaat vertoont hierdoor een pijnlijke grimas, de risus sardonicus, terwijl het lichaam door de rugspieren in een achterover gestrekte boog wordt getrokken, de zogenaamde opisthotonus. Tetanus loopt zelfs met optimale behandeling nog geregeld (in rond de 15% van de gevallen) dodelijk af.[2] De zieke ondergaat de pijnlijke spierkrampen volledig bij bewustzijn gedurende een periode van rond de 6 weken, totdat het tetanustoxine uiteindelijk de ademhalingsspieren of het hart stilzet waardoor men sterft. Behandeling bestaat voornamelijk uit verlamming met aan curare verwante spierverslappers en beademing.

Bescherming (Tetanusprofylaxe)

Er wordt onderscheid gemaakt tussen pre-expositieprofylaxe, preventie voor de verwonding plaatsvindt en postexpositieprofylaxe: profylaxe nadat er al een verwonding heeft plaatsgevonden. Pre-expositieprofylaxe is wat gebeurt in het Rijksvaccinatieprogramma: mensen vaccineren zodat zij beschermd zijn als ze ooit een verwonding oplopen. Pre-expositieprofylaxe in de vorm van een volledige basisimmunisatie gevolgd door revaccinatie iedere 10 jaar geeft met (vrijwel) 100% zekerheid volledige bescherming tegen tetanus bij welke verwonding dan ook. Postexpositieprofylaxe, dus profylaxe op het moment dat er een verwonding is, is alleen nodig als de verwonde niet (volledig) beschermd is door pre-expositieprofylaxe of als dat niet zeker is. Postexpositieprofylaxe is lastiger dan pre-expositieprofylaxe en er is altijd tijdsdruk bij: deze profylaxe heeft alleen zin als ze snel wordt gegeven. Tetanusbacteriën kunnen zich op de meest onverwachte plaatsen ophouden. Iedere verwonding kan daarom een risico van tetanusbesmetting opleveren, zij het dat dat risico meestal zeer gering is. Dit betekent dat in feite bij iedere verwonding, hoe klein ook, tetanusprofylaxe nodig is.

In de praktijk zullen alleen die mensen die voor een verwonding medische hulp zoeken, daadwerkelijk tetanusprofylaxe aangeboden krijgen, dat is slechts een kleine minderheid van de verwonden. Voor verreweg de meeste Nederlanders geldt dat zij op hun negende de laatste tetanusvaccinatie hebben gekregen (zie boven). Huisartsen en eerstehulpartsen zullen er daarom van uitgaan dat iedere verwonde persoon jonger dan 24 jaar nog beschermd is door de laatste tetanusvaccinatie en iedere persoon ouder dan 24 jaar niet meer beschermd is. Al die mensen ouder dan 24 jaar (maar ook jongere ongevaccineerden) zullen tetanuspostexpositieprofylaxe moeten krijgen, tenzij de patiënt zeker weet dat hij/zij de basisvaccinatie én minder dan 10 jaar geleden nog een revaccinatie heeft gehad. Afhankelijk van de ernst van een verwonding en het infectierisico zal de behandelend arts in een aantal gevallen ook een tetanusvaccin voorschrijven als de laatste vaccinatie minder dan 10 jaar geleden is. Hoe langer de laatste vaccinatie geleden is, des te groter is het risico dat bij ernstige en/of vervuilde verwondingen toch infectie optreedt.

Een tetanusvaccinatie beschermt alleen tegen tetanus, niet tegen wondinfectie in het algemeen, zoals nog weleens wordt gedacht.

Tetanuspostexpositieprofylaxe bij mensen die ooit in hun leven de basisvaccinatie hebben gehad, bestaat uit één enkele revaccinatie. Postexpositieprofylaxe bij mensen die niet de (volledige) basisvaccinatie hebben gehad, dient te geschieden met de combinatie van Menselijk Antitetanus Immuunglobuline (MATIG) en vaccinatie.

Vaccinatie

Vóór 1957 stierven er in Nederland gemiddeld 50 mensen per jaar aan tetanus.[3] Het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) biedt sinds 1957 vaccinatie tegen tetanus aan kinderen tot 1 jaar oud in de vorm van 4-maal het gecombineerde DKTP- (difterie-, kinkhoest-, tetanus- en poliovaccin). Aan kinderen van 4 en 9 jaar oud biedt het al even lang nog twee vaccinaties in de vorm van het DTP-(difterie-, tetanus-, polio-)vaccin. Het RVP heeft al vanaf het begin een zeer hoge dekking in de zin dat meer dan 90% van de algemene bevolking deze zogenaamde basisvaccinatie tegen tetanus enzovoort heeft ontvangen; in 2012 was 95,4% van de 2-jarigen in Nederland tegen DTP gevaccineerd.[4] Voor België gelden vergelijkbare cijfers.

In Nederland en België is tetanus - juist door die rigoureus doorgevoerde immunisatiecampagne - een zeer zeldzame ziekte geworden. In Nederland worden nog maar enkele gevallen per jaar geregistreerd, uitsluitend bij niet- of niet-volledig gevaccineerden (2010: gemiddeld 2 per jaar).[3] Tussen 2016 en 2017 is er in Nederland 1 sterfgeval geweest: een 4-jarig niet-gevaccineerd kind. In een Amerikaanse onderzoek bleek de sterfte toe te nemen met de leeftijd: 2,3% bij patiënten van 20-39 jaar en oplopend tot 18% bij mensen ouder dan 60 jaar. Doorgemaakte tetanus maakt niet immuun voor de ziekte, vaccinatie blijft dus nodig.

De werkingsduur van de volledige tetanus-basisvaccinatie is 15 jaar. Deze werkingsduur is internationaal erkend. Mensen die niet de basisvaccinatie in het kader van het RVP hebben ontvangen - mensen die niet (volledig) zijn gevaccineerd, zoals religieus bezwaarden, veel buitenlanders en mensen geboren vóór 1950 - hebben 3 vaccinaties nodig als basis en zijn dan ook voor 15 jaar beschermd. Eén enkele revaccinatie bij mensen die de basisvaccinatie hebben gehad, geeft weer een bescherming van 10 jaar.[3]

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Tetanus op Wikimedia Commons.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.