Périgueux

Périgueux is een stad in het departement Dordogne in het zuidwesten van Frankrijk. Het ligt in een gebied dat Périgord Blanc genoemd wordt; het departement Dordogne omvat het gebied van de voormalige provincie Périgord. De stad heeft 29.829 inwoners (2015) en is de hoofdstad van het departement.

Périgueux met de rivier de Isle
Périgueux
Stad in Frankrijk

Situering
RegioNouvelle-Aquitaine
DepartementDordogne (24)
ArrondissementPérigueux
Kantonhoofdplaats van 3 kantons: Périgueux-Nord-Est, Périgueux-Centre en Périgueux-Ouest
Coördinaten45° 11 NB, 0° 43 OL
Algemeen
Oppervlakte9,8 km²
Inwoners (1 jan. 2011)29.811
(3.041,9 inw./km²)
Hoogte75 - 189 m
Overig
Postcode24000
INSEE-code24322
Websitehttp://www.ville-perigueux.fr/
Foto's
Portaal    Frankrijk

Geschiedenis

Périgueux, met zijn indrukwekkende kathedraal Saint-Front, heeft een lange geschiedenis. Op de heuvels ten zuiden van de Isle lag hier al in 1e eeuw v.Chr. de Gallische plaats Vésone, een versterkte stad met duizenden bewoners van de stam der Petrocorii. Eenmaal veroverd door Caesar, werd het de Gallo-Romeinse stad Vesunna, die een grote bloeitijd kende in de 1e-2e eeuw en 15.000 à 20.000 inwoners telde. Zo ontstond de eerste kern van Périgueux.

Uit die tijd stammen verscheidene Gallo-Romeinse bouwkundige resten zoals de toren van Vésone en het amfitheater uit de 1e eeuw en de stadsmuren uit de 3e eeuw.

Tijdens de periode van invallen door de Alemannen in de 3e eeuw trokken de bewoners zich terug achter vestingmuren die opgetrokken werden uit de stenen van gesloopte gebouwen. De stad nam de naam Civitas Petrucoriorum aan. Het bleef tot de 10e eeuw een slapend stadje, al werd het in de 4e eeuw de zetel van een bisdom, het bisdom Périgueux, en werd er in de Cité (deze eerste kern) begin 12e eeuw een kerk gebouwd, de Saint-Étienne-de-la-Cité, die tot 1669 kathedraal was.

Buiten de muren was in de 6e eeuw een kapel gebouwd boven het "graf" van Sint-Front, een legendarische heilige die in de 3e eeuw Périgord zou hebben gekerstend. Dit groeide in de 9e eeuw uit tot een bedevaartsoord en er kwam een klooster bij. Zo ontstond de tweede kern van Périgueux: de Bourg du Puy Saint-Front.

De kapel werd in de 11e eeuw vervangen door de "Latijnse kerk", die echter in 1120 afbrandde. Men besloot tot de bouw van een nog grotere kerk, die gereed kwam in 1173: de kerk Saint-Front, die in 1669 kathedraal werd. Een imposant gebouw, zowel vanwege zijn vijf koepels en de vele torentjes, als vanwege zijn afmetingen: 78 m lang, 60 m breed en 38 m hoog voor het schip, 68 m hoog voor de hoofdtoren. Vanaf de Place de la Clautre is aan de Saint-Front nog het restant van de 11e-eeuwse "Latijnse kerk" te herkennen dat behouden is gebleven. De hoofdtoren vormt de verbinding tussen dit gedeelte en de nieuwe romaanse kerk. Het was de bedoeling dat het restant van de "Latijnse kerk" een zesde koepel zou dragen, maar die is er niet gekomen. De Cathédrale Saint-Front is geclassificeerd als een historisch monument sinds 1840 en Werelderfgoed in 1998.

De tweede kern kende zijn bloeitijd in de 13e eeuw en werd toen ommuurd en versterkt met 28 torens en 12 poorten. Van die 28 torens is slechts de Tour Mataguerre behouden. Niet ver van de toren staat het oudste huis van Périgueux, het 12e-eeuwse Romaanse Maison du Guesclin.

In 1240 werden de twee kernen van Périgueux samengevoegd. Nog eeuwen bleef Périgueux opgesloten binnen zijn muren. Uit die eeuwen (14e-17e eeuw) dateren veel huizen in de binnenstad, met name veel gebouwen uit de renaissance: Maison du Consul, Logis Saint-Front, Maison Ribette, Maison Estignard, Maison Lapeyre, Maison du Pâtissier, et cetera.

In de 18e eeuw begon de expansie van Périgueux en al tijdens de Franse Revolutie lagen er wijken buiten de muren. De komst van de spoorlijn in 1856 gaf de stad een nieuwe impuls. Van 1890 tot de Tweede Wereldoorlog stond de groei weer stil. Sinds die oorlog breidt Périgueux zich gestaag uit.

Périgueux ligt op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella. Ter gelegenheid van het Heilig Sint-Jacobsjaar is in 1999 in de kathedraal een kapel geopend die aan Sint-Jacob is gewijd. Het Périgueux uit de vroege 19e eeuw wordt beschreven in de roman Jacquou le Croquant (1899) van Eugène Le Roy.

Demografie

Onderstaande figuur toont het verloop van het inwonertal (bron: INSEE-tellingen).

Grafiek inwonertal gemeente

Bezienswaardigheden

  • Arènes Romaines (Romeins amfitheater)
  • Tour de Vésone, overblijfsel van een Gallo-Romeins fanum (1e of 2e eeuw na Christus) gewijd aan de godin Vesunna
  • Villa de Pompeius
  • Cathédrale Saint-Front (romaans-byzantijns, 12e-19e eeuw). Het bouwwerk werd in de 19e eeuw bijna helemaal opnieuw opgetrokken door Paul Abadie.
  • Château Barrière (ruïnes)
  • Tour Mataguerre, laatste bestaande toren van de omwalling
  • Hôtel Salleton (renaissance, 16e-17e eeuw)

Musea

  • Musée d'art et d'archéologie du Périgord (MAAP) (1835) bezit diverse collecties: de afdelingen prehistorie, archeologie met Romeinse resten van opgravingen in de stad, verder en een stenencollectie, een afdeling niet-Europese etnografie en een schone kunstenafdeling (schilderijen, beeldhouwwerk, kunstvoorwerpen, meubilair).
  • Het archeologisch museum Vesunna is in 2003 door Jean Nouvel gebouwd op de overblijfselen van een Gallo-Romeinse villa (domus van de Bouquets)
  • Musée militaire du Périgord

Verkeer en vervoer

In de gemeente ligt spoorwegstation Périgueux.

Sport

Périgueux was vier keer etappeplaats in de wielerkoers Tour de France. Drie keer startte er een etappe en twee keer was Périgueux aankomstplaats. In 1961 won er de Fransman Jacques Anquetil en in 2014 de Duitser Tony Martin.

Geboren


Zie de categorie Périgueux van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.