Nagorno-Karabach

Nagorno-Karabach of Opper-Karabach (Armeens: Լեռնային Ղարաբաղ, Lernajin Gharabagh, Azerbeidzjaans: Dağlıq Qarabağ of Yuxarı Qarabağ) (historische naam Artsach) is een regio in de Zuidelijke Kaukasus. Officieel behoort de regio Nagorno-Karabach bij Azerbeidzjan, maar de facto is het in handen van de internationaal niet erkende Republiek Artsach. Azerbeidzjan heeft geen enkele zeggenschap in de regio en er is sprake van Armeense invloed op het bestuur.[1] Ten tijde van de Sovjet-Unie was Nagorno-Karabach een etnisch Armeense autonome oblast van de Azerbeidzjaanse SSR. Met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie heeft Nagorno-Karabach zich op 2 september 1991 onafhankelijk verklaard.

Nagorno-Karabach
Regio van
Geografie
Oppervlakte4400 km²
Coördinaten39°48'55,01"NB, 46°45'6,98"OL
Bevolking
TalenArmeens

Onder de regio Nagorno-Karabach verstaat men gewoonlijk het grondgebied van de voormalige Nagorno-Karabachse Autonome Oblast, dat een oppervlakte van 4400 km² had. De historische regio Artsach was echter veel groter met zo'n 8223 km².

Geografie

Landschap bij de gemeente Karmirshuka.

Nagorno-Karabach ligt in het uiterste zuiden van de Kleine Kaukasus, op het aardrijkskundige gebied Karabach. In het oosten hiervan, tot aan de rechteroever van de rivier Koera, ligt de laagvlakte van Karabach (Laag-Karabach). In het westen is Opper-Karabach, dat uiterst bergachtig en heuvelachtig is. In het westen van Nagorno-Karabach strekt zich van noord tot zuid de Artsach- of Karabachbergketen uit. Tussen de gewesten Sjahoemian en Mardakert is het Mrrawgebergte. De hoogste bergtoppen zijn:

  • Gomsjasar, 3.724 m
  • Mrav, 3.341 m
  • Koesanats ("Maagdenberg"), 2.832 m
  • Mets Qirs, 2.724 m
  • Diezapajt, 2.476 m

De hoge gebergten zijn de oorsprong van snelstromende rivieren, die gedurende eeuwen uitgestrekte valleien, vaak ook wel diepe ravijnen hebben gevormd. Deze valleien zijn de plaatsen waar het grootste deel van de bevolking is gecentreerd. De grootste rivier is Tartar, waarop het Sarsangreservoir is gebouwd. Andere rivieren zijn:

  • Chatsjenaget
  • Karkar
  • Hagari

Nagorno-Karabach bevindt zich op een seismisch actieve zone.

Klimaat

Nagorno-Karabach heeft een gematigd subtropisch klimaat. De gemiddelde jaarlijkse temperatuur is +11°C. De warmste zonnige maanden zijn juli en augustus met respectievelijk +22°C en +21°C als gemiddelde temperatuur. In de wintermaanden schommelt de temperatuur rond het vriespunt. Op de hooglanden kan het 's winters behoorlijk koud en sneeuwachtig zijn. De temperatuur kan tot zo'n -23°C dalen. De maximum temperatuur is 's zomers respectievelijk 32-37°C en 40°C op de hooglanden en in de valleien. De jaarlijkse hoeveelheid neerslag bedraagt op de hooglanden 560–840 mm. In de rest van het land bedraagt het 410–480 mm. In de lentemaanden mei en juli, wanneer de meeste neerslag valt, komen stortregen en hagel vaak voor. Overigens is het weer op de hooglanden 100-125 dagen per jaar mistig.

Natuur

De top van de Murov (3.341 m) in het noorden van de regio

Ruim 35% van het grondgebied van Nagorno-Karabach is bedekt met wouden. Dit zijn voornamelijk de hooglanden (gebieden op een hoogte van 1.500-2.250 m). Er komen nog overal in het land oude bossen van moerbeibomen voor: een getuigenis van zijdecultuur, dat vanouds de hoofdbezigheid van Karabachers is geweest. De uitlopers van de gebergten zijn verder bedekt met struiken en weilanden. De laaglanden in het oosten zijn semiwoestijnachtig. Er komen ook vaak kale rotsopeenhopingen voor (bijvoorbeeld in het westen van Diezak). Het dierenrijk van Nagorno-Karabach bestaat onder andere uit bruine beren, herten, gemzen, lynxen.

Bronnen en verwijzingen

  1. Rijksoverheid.nl Algemeen ambtsbericht Armenië, augustus 2010, p 17

Zie ook

Zie de categorie Artsakh van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.