Midden-Brabantse dekzandrug

De Midden-Brabantse dekzandrug is een dekzandrug die zich uitstrekt in het oosten van de provincie Noord-Brabant en het noordoosten van de provincie Antwerpen.

Ze is ontstaan op het einde van het Weichselien, toen er ter plaatse een poolwoestijn was en het zand niet werd vastgehouden door vegetatie en dus vrijelijk door de wind getransporteerd kon worden. Daarom ligt deze rug ook in de overheersende windrichting, namelijk van zuidwest naar noordoost.

De rug is tientallen kilometer lang en een vijftal kilometer breed of meer. De rivieren Dommel en Aa, die min of meer het verloop van de Roerdalslenk volgen in noordwestelijke richting, werden door deze rug geblokkeerd en daar ter plaatse boog hun loop in noordelijke richting af, om verder stroomafwaarts weer in meer westelijke richting te stromen. Ook de Kleine Beerze, Grote Beerze en Reusel, die van het Kempens Hoog afstromen, doorsnijden de rug.

Aangezien de waterloop hier stagneerde, werd er ter plaatse veel leem afgezet.

De Midden-Brabantse dekzandrug vangt aan in de omgeving van Arendonk, loopt ten noorden van Hooge Mierde en Lage Mierde, omvat Landgoed de Utrecht, de Mispeleindse Heide, de Neterselse Heide, de Landschotse Heide, de Oirschotse Heide, de Nieuwe Heide, de Sonse Heide, de Sonse Bergen, het Vresselse Bos, de Lieshoutse Heide, Lijnt, Het Geregt en Het Hurkske voorbij Boerdonk, waar de rug een einde vindt.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.