Laurens Pieter van de Spiegel

Laurens Pieter van de Spiegel (Middelburg, 19 januari 1737 - Lingen, 7 mei 1800) was raadpensionaris van Zeeland (1785-1788) en van Holland (1788-1795).

Laurens Pieter van de Spiegel
Kasteel te Woerden

Familie

Laurens Pieter van de Spiegel, lid van de familie Van de Spiegel, was getrouwd met Digna Johanna Ossewaarde (1741-1813). Uit dit huwelijk werden acht kinderen geboren, onder wie:

Leven en werk

Van de Spiegel maakte al op jonge leeftijd carrière in het Zeeuwse openbaar bestuur. Eerst was hij burgemeester van Goes, later raadpensionaris van Zeeland (22-09-1785 - 24-04-1788).[1]

Toen het Pruisische leger in 1787 bij de interventie van Pruisen, Willem V van Oranje-Nassau in zijn macht had hersteld, werd de prinsgezinde Van de Spiegel naar Den Haag gehaald om als raadpensionaris van Holland de Republiek te leiden. Het jaar daarop sloot hij een bondgenootschap met Pruisen en Engeland. Hij werkte aan voorstellen om de vastgelopen samenwerking van de zeven Nederlandse gewesten weer vlot te trekken. Maar hij had niet begrepen hoe weinig tijd hij had, en de meeste provincies hadden dat nog minder. Zeven jaar later had hij nog niets bereikt.

In 1795 wist het Franse leger de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden te overwinnen. De Bataafse Republiek werd geproclameerd, en Van de Spiegel werd vastgezet in het kasteel van Woerden. Twee jaar later werd hij, zonder verdere verklaring, weer vrijgelaten. Hij vestigde zich in het Pruisische Lingen, waar het stadhouderlijk hoofdkwartier in ballingschap was gevestigd. Daar werkte hij aan een nieuwe staatsregeling voor na de bevrijding. Deze was klaar toen in september 1799 een Engels-Russische vloot landde in Noord-Holland. Wanneer deze bevrijdingsactie zou zijn geslaagd, zouden volgens de grondwet van Van de Spiegel slechts marginale wijzigingen zijn aangebracht in de inrichting van de Republiek. Het volgend jaar stierf de ex-pensionaris in Lingen.

Wetenschappelijke betekenis

Van de Spiegel werd door zijn tijdgenoten beschouwd als een geleerde wiens werk van grote betekenis was voor de geschiedenis van het recht. Hij liet een uitgebreide collectie van brieven na en diverse verhandelingen over het functioneren van het recht, de politiek en het landsbestuur. Eén van zijn bekendste bestuurskundige werken, postuum verschenen in 1806, is de Schets der Regeerkunde die door de grondlegger van de Nederlandse bestuurskunde Gerrit van Poelje wordt aangeduid als een bestuursleer avant la lettre. Zijn leven en zijn werk hebben daarmee in het teken gestaan van het slaan van een brug tussen de wetenschap en de praktijk van het openbaar bestuur.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.