Lada

Lada (Russisch: Лада) is een Russisch automerk, geproduceerd door AvtoVAZ (Volzhskiy Avtomobil'nyi Zavod), de Wolga Autofabriek.

VAZ 2101 "Zjigoeli", het eerste Lada-model (1972)

Activiteiten

Renault heeft in 2018 een meerderheidsbelang van 61% in Alliance Rostec Auto B.V..[1] Deze Nederlandse onderneming heeft alle aandelen van AvtoVAZ in handen. Renault werkt al sinds 2008 met AvtoVAZ samen. AvtoVAZ is een autofabrikant in Rusland. Het produceert naast de bekende Lada ook voertuigen voor de Renault-Nissan-Mitsubishi alliantie voor de Russische markt. Renault heeft in december 2016 Lada als vijfde merknaam van de groep toegevoegd.

In 2018 verkocht Lada 398.000 voertuigen, waarvan 360.000 stuks in Rusland en de rest met name in Wit-Rusland en Kazachstan.[1] Lada is marktleider in Rusland en heeft een aandeel van 20% in de markt voor personenwagens. Er zijn 300 dealers actief in het land. In 2018 maakte het 116.000 voertuigen voor de alliantie. Per 31 december 2018 werkten er 48.678 mensen bij het bedrijf.[1]

Geschiedenis

De basis voor de Lada werd gelegd in 1966, toen de Italiaanse autoproducent Fiat en de Russische regering een contract sloten om een autofabriek te bouwen. Zodoende ontstond in Toljatti aan de Wolga (voorheen Stavropol maar hernoemd naar de Italiaanse communistenleider Palmiro Togliatti) met Italiaanse hulp een volledig nieuwe autofabriek, op dat moment de jongste en grootste in Europa. De eerste steen werd gelegd in januari 1967 en vanaf 1971 liepen onder de merknaam Zjigoeli (Russisch: Жигули), vernoemd naar de gelijknamige hoogte tegenover de stad, de eerste auto's van de band.

De Lada dankt zijn naam aan de Lad'ya (Russisch: ладья) een 30-meter lange, snelle, middeleeuwse zeilboot van de Russische vloot dat op de Wolga voer en dat een replica was van een traditioneel Viking-langschip. Het aanvankelijke rechthoekige Lada-logo is een schets van een zeilboot in de contouren van de letter B (cyrillisch voor de letter W) dat symbool staat voor de Wolga waarlangs de AvtoVAZ-fabriek was gelegen.[2][3][4] AvtoVAZ kreeg een licentie voor de productie van de Fiat 124, in 1967 verkozen tot Auto van het Jaar. De Fiat werd aanzienlijk aangepast voor de specifieke omstandigheden in de Sovjet-Unie met de Lada 1200 (VAZ 2101) tot resultaat.

Met deze moderne fabriek behoorde de automobielindustrie van de Sovjet-Unie tot de wereldtop. De beoogde productie van 660.000 auto's per jaar werd in 1974 bereikt. Op een totale oppervlakte van meer dan 5 km² namen de fabriekshallen ongeveer 1,5 km² in beslag, inclusief de ongeveer 180 km lange montage- en lasstraten en een systeem van ongeveer 140 km hangende transportbanden. De totale lengte van de productielijnen bedroeg 270 km, bij het begin van de productie waren bij AvtoVAZ ongeveer 120.000 medewerkers in dienst, dit aantal nam in de loop van de jaren verder toe.

Lada Niva Urban (2016).

In 1977 kwam de Lada Niva op de markt, een auto met vierwielaandrijving. Hoewel de uitvoering van de Niva rudimentair genoemd kan worden, oefent hij onder andere door zijn vriendelijke prijs een grote aantrekkingskracht uit op liefhebbers van terreinauto's met een beperkt budget.

Lada Kalina van de eerste generatie.

In 1982 volgt de Lada 2105, een vernieuwde versie van de 1200 waarvan het origineel ook in productie bleef. De lange looptijd van deze modellen bezorgde Lada in het Westen in de jaren tachtig een stoffig imago. Het hoge gewicht en brandstofverbruik waren ook minpunten. Bovendien lieten het comfort en de afwerking te wensen over en was het design ouderwets. Ondanks de komst van nieuwe modellen als de Samara en de Kalina liepen de verkopen in West-Europa na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie steeds verder terug.

Lada Revolution conceptauto op de Parijse autosalon van 2004.

AvtoVAZ ging in 2002 in zee met de Amerikaanse autoproducent General Motors (GM). Een joint venture, GM-AvtoVAZ, produceert sindsdien de Chevrolet Niva, de exportplannen voor deze auto zijn echter afgeblazen. AvtoVAZ raakte hiermee echter wel de naam Niva kwijt en de klassieke Niva heet sindsdien 4×4 of Taiga. Buiten deze joint venture is er geen samenwerking tussen GM en AvtoVAZ.

Sinds 2014 is Renault-Nissan meerderheidsaandeelhouder van AvtoVAZ en zijn de oude modellen uit productie genomen. Een aantal nieuwe modellen zijn ervoor in de plaats gekomen, zoals de Largus en de Granta. De Largus is een omgedoopte Dacia Logan van de eerste generatie en de Granta is een doorontwikkeling van de Kalina in sedan- en liftbackversie. Ook lopen er in de AvtoVAZ fabrieken (naast Toljatti onder andere ook in Izjevsk) diverse auto's met de Renault- en Nissanlabels van de band, zoals de Renault Logan en op de Kalina gebaseerde modellen met de merknaam Datsun.

De 4×4 heeft in 2014 voor de tweede keer in zijn 37-jarige bestaan een update van het uiterlijk ondergaan, met onder meer kunststof bumpers, dakrails, airco en lichtmetalen velgen. Deze "upmarket" versie heet Urban, de oorspronkelijke 4×4 blijft daarnaast gewoon leverbaar. Inmiddels werkt AvtoVAZ aan een terugkeer op de markt in een aantal landen van de Europese Unie, waaronder Nederland en België.

AvtoVAZ heeft de laatste jaren fors bezuinigd en is sinds de opname in de alliantie Renault-Nissan efficiënter georganiseerd. Het merk heeft in korte tijd een aantal nieuwe modellen aan zijn programma toegevoegd, de XRAY maar ook de Vesta en Vesta Cross. Deze auto's breken met alle voorgaande ontwerpen van Lada, duidelijk is de invloed van Renault-Nissan te zien. Deze ontwikkelingen zijn er samen met het aantrekken van de Russische automarkt voor verantwoordelijk dat het bij Lada beter gaat dan in de laatste jaren.[5]

In Nederland

In 1971 begon de Russische onderneming V/O Avtoexport met de export van de Lada 1200, importeur voor Nederland werd Gremi in Groningen dat het merk Lada in Nederland zeer populair maakte. Het jaar 1986 zou het topjaar van Gremi en Lada in Nederland worden: er werden toen bijna 13.000 Lada’s geregistreerd. In 1991 verkocht Gremi nog ongeveer 3000 Lada’s maar na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie werden de leveringen onregelmatiger. De fabriek stelde al wel de nieuwe 110 voor maar had nog niet de middelen om tot productie over te gaan. Een tussenoplossing was de Samara Baltic maar deze bij Valmet in Finland geassembleerde Samara was eigenlijk te duur. De noodzaak om met nieuwe modellen te komen groeide elk jaar en de verkoopcijfers daalden drastisch. Intussen was in 1990 het aandelenpakket van Gremi verkocht aan A.R.M., onderdeel van een investeringsmaatschappij die in 1994 Gremi weer overdeed aan Euro Lada GmbH in Hamburg. In 1995 werden nog slechts 1047 nieuwe Lada’s geregistreerd. Nadat er in 1998 en 1999 geen nieuwe Lada’s meer werden geleverd, werd in 1998 nog wel de oude voorraad uitverkocht. Wanneer Euro Lada in 1999 failliet gaat valt ook het doek voor Gremi.

Voormalig Gremi-medewerker Roelof Noordman zette de importactiviteiten voort onder de naam Lada Holland, tot 2013 officieel importeur van Lada in Nederland. Maar het bedrijf verkocht sinds 2011 alleen nog Lada-onderdelen, er werden al jaren geen auto’s meer besteld uit Rusland. Door de gewijzigde belastingwetgeving, waardoor de nieuwprijs voor een deel wordt bepaald door de CO2-uitstoot, werden de Lada's onverkoopbaar in Nederland.

In februari 2016 kondigde autobedrijf Snippe uit Nieuwlande aan het merk Lada eigenhandig terug naar Nederland te gaan halen en organiseerde twee introductiedagen waar de Kalina Cross, de Granta en de 4×4 Urban te bekijken zouden zijn. Deze grijze importplannen vielen echter verkeerd bij Fred van Putten, een Nederlands zwaargewicht uit de internationale autowereld (onder meer voormalig executive vice president bij MAN en DAF) die op dat moment bij AvtoVAZ was aangesteld als exportdirecteur om voor Lada een nieuw Europees netwerk op te zetten. AvtoVAZ dreigde met advocaten waarop autobedrijf Snippe de introductiedagen afgelastte.[6][7][8]

Zie ook

Zie de categorie Lada vehicles van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.