Jan Aleksander Lipski
Jan Aleksander Lipski (Olszyna, 15 juni 1690 - Kielce, 20 februari 1746) was kardinaal, de 63e bisschop van Krakau, bisschop van Lutsk, ridder in de Orde van de Witte Adelaar en prins-bisschop van Siewierz.
Jan XII Aleksander Lipski
| ||||
Kardinaal van de Rooms-Katholieke Kerk | ||||
Rang | kardinaal-priester | |||
Creatie | ||||
Gecreëerd door | Paus Clemens XII | |||
Consistorie | 20 december 1737 | |||
Kerkelijke carrière | ||||
1732 | Bisschop van Lutsk | |||
1732-1746 | Bisschop van Krakau | |||
1737-1746 | Kardinaal-priester | |||
|
Biografie
Jan Lipski was een telg van de Poolse heraldische clan Grabie.[1] Hij werd in 1726 benoemd tot Ridder van de Orde van de Witte Adelaar.[2] Lipski was de enige 18e-eeuwse Poolse bisschop die tot kardinaal verheven werd.[3]
Hij maakte het in 1737 voor joden strafbaar om christenen te betrekken in hun religieuze feestdagen.[4] Zijn pogingen om de Jagiellonische Universiteit te hervormen stuitte op protest van conservatieve professoren.[5]
Jan Lipski is in de Wawelkathedraal begraven. Zijn mijter is onderdeel van de kathedraalcollectie.[6]
Voorganger: Felicjan Szeniawski |
Bisschop van Krakau 1732-1746 |
Opvolger: Andrzej Stanisław Kostka Załuski |
Bronnen
|
This article is issued from
Wikipedia.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.