Insectensterfte

Insectensterfte is de grootschalige afname van populaties van, voornamelijk vliegende, insecten die vooral sedert het begin van de 21e eeuw vastgesteld. De afname wordt sterker en neemt voor sommige soorten alarmerende proporties aan. Sommige wetenschappers spreken zelfs over een “insectageddon”, een armageddon voor de insecten, of een “insectenapocalyps”. Hun bezorgdheid betreft niet alleen het verdwijnen van insecten, maar ook van alle hogere organismen die van insekten leven of leven van planten die door insekten bestoven worden, en betreft ook de mens.[2][3]

Grafiek van de terugval in biomassa van insectenpopulaties in Duitse natuurgebieden.[1]

Onderzoek

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat de totale hoeveelheid insecten de laatste jaren sterk is afgenomen. Het meest getroffen zijn bijen, vlinders, kevers en libellen. Vergeleken met toevallig verzamelde gegevens, zoals het aantal dode insecten op voorruiten van auto's[4], kwamen deze dieren in de vorige eeuw in aanmerkelijk grotere aantallen voor.

Reeds in 2014 stelde een rapport een daling met bijna de helft (45%) vast bij aantallen ongewervelde dieren in 67% van de populaties, over 35 jaar.[5] Volgens onderzoek uit 2017 in 63 Duitse natuurgebieden slonk de biomassa van vliegende insecten jaarlijks met 5,2%. In een periode van 26 jaar was de totale hoeveelheid 75% afgenomen.[1] Vergelijkend onderzoek uit 2018 met een 40-jarig interval (1976-2012) in een beschermd woud in Puerto Rico wees op een spectaculaire terugval van insecten en tegelijk van de insectenetende dieren.[6]

Ook het onderzoek naar het aantal dode insecten op voorruiten van auto's, voorheen een spontane waarneming, is in 2017 en 2019 wetenschappelijk verfijnd in Denemarken en het Verenigd Koninkrijk, met onder meer de zogenoemde “splatometers”. De resultaten wijzen eveneens op forse achteruitgang van het insectenbestand.[3]

Een meta-analyse van 2020 vergeleek 166 eerdere onderzoeken op 1676 plaatsen. Er bleek een aanzienlijke variatie in trends, maar een gemiddelde daling van de aardgebonden insecten met ~9% per decennium, en een toename van zoetwaterinsecten met ~11% per decennium. De resultaten betreffen vooral Europa en Noord-Amerika.[7][8]

Van veel groepen ontbreken echter onderzoeksgegevens uit eerdere decennia. De geringere aandacht voor entomologisch onderzoek in het verleden kan ook fouten in de analyse van gegevens veroorzaken. Dit kan zowel tot over- als tot onderschatting van het probleem leiden.

Oorzaken

Mogelijke verklaringen van de afname zijn klimaatveranderingen, verstedelijking en industrialisatie, en verlies aan leefgebied.[9] De belangrijkste oorzaak is waarschijnlijk de intensivering van de landbouw en het daarmee gepaarde toegenomen gebruik van pesticiden (met name insecticiden).[10] Ook lichtvervuiling zou een rol spelen: soorten die het licht opzoeken, lopen in de val van nachtverlichting, leggen hun eitjes op verkeerde plaatsen, of raken verward. Lichtgevende signalen van insecten gaan verloren, en voor soorten die het licht mijden, is straatverlichting een barrière.[11]

Gevolgen

Bestuiving

Dalende insectenpopulaties kan bestuiving van landbouwgewassen (een ecosysteemdienst) in gevaar brengen.[12]

Voedselketen

Ook dieren hoger in de voedselketen die van insecten afhangen, komen in voedselnood. Dat is gebleken uit onderzoek in Puerto-Rico[13] en in Polen, bij de kanoetstrandloper.[6]

Schadelijke insecten

Niet alle insectenordes worden even hard getroffen. Volgens bepaalde prognoses zouden sommige schadelijke insectenpopulaties in de gematigde streken (waar het meeste voedsel verbouwd wordt), juist kunnen toenemen.[14] En in de tropen kunnen gigantische insectenzwermen de oogsten aantasten, zoals in 2020 bleek bij de plaag van treksprinkhanen, van de Hoorn van Afrika tot Pakistan.

Ook ziekteverspreiders doen het, in een gematigd klimaat, beter met de opwarming: soorten zoals de teek (Lymeziekte), de Aziatische tijgermug en de Zuid-Europese zandvlieg (knokkelkoorts, leishmaniasis) komen dan vaker voor.[15]

Herstel van populaties

Uit een Britse veldstudie van 2019 naar de spreiding (niet de aantallen) van 5.000 insectenpopulaties over meerdere decennia bleek weliswaar een algemene achteruitgang, maar ook dat sommige populaties zich herstelden, meer bepaald:

De onderzoekers veronderstellen een verband met de verbeterde kwaliteit van lucht en waterlopen in het Verenigd Koninkrijk over de laatste 3 decennia.[16][17]

Maatregelen

In 2018 is de Duitse overheid een 'actieprogramma insectenbescherming' gestart. In 2019 schreven 27 Britse entomologen een open brief met een oproep aan de wetenschap om zo snel mogelijk een onderzoek te starten naar de mogelijke ecologische schade veroorzaakt door de insectensterfte.[18] Natuurverenigingen pleiten intussen alvast voor meer insectenvriendelijke tuinen.[19][20]

Nederland

Uit een 2019 gepubliceerd onderzoek door het CBS en de Vlinderstichting blijkt dat het aantal vlinders in Nederland tussen 1890 en 2017 met naar schatting 84% is afgenomen. In graslanden en bossen neemt het aantal de laatste decennia niet verder af, in heide zet de trend nog steeds door. De afname van de vlinderstand wordt toegeschreven aan intensivering van de landbouw met een afname van het aantal kruidachtige wilde planten tot gevolg. De recente toename van sommige populaties wordt toegeschreven aan een toename van geschikt leefgebied door natuurvriendelijker beheer.[21]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.