Hilarion Thans

Hilarion Antonius Thans (Maastricht 12 januari 1884 - Smeermaas, Lanaken, 10 januari 1963) was een Vlaams schrijver.

Hij trad toe tot de orde van de minderbroeders waar hij een tijdje in kloosters te Sint-Truiden en Mechelen verbleef. Toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak, voelde hij zich bedreigd door de Duitse bezetter. Daarom vluchtte hij in de laatste dagen van 1915 heimelijk de grens over. Via het neutrale Nederland, kwam hij in Engeland terecht. Hij meldde zich als vrijwilliger en belandde als verpleger in het oorlogshospitaal van Cabour in Adinkerke. Op 14 oktober 1918 werd hij gepromoveerd tot aalmoezenier in Porte de Gravelines in Calais, waarnaar hij in de vroege ochtend van 19 oktober vertrok. Zijn nieuwe opdracht om de massale doden – vooral door de Spaanse griep – te begraven, bleef hij tot na de wapenstilstand volhouden. Pas op 9 december mocht hij op verlof naar zijn klooster en het huis van zijn vader. Daarna keerde hij terug ‘tot de laatste zieke werd verdragen, of genezen heenging’.[1]

Zijn oorlogservaringen publiceerde hij later in Mijn oorlog. Na de oorlog werd hij leraar te Rekem (Limburg). Hij schreef nog verschillende boeken.

Bibliografie

  • Omheinde Hoven
  • Lilas blancs
  • België's Kruisweg (1916)
  • Verloren stroom (1919)
  • Mijn oorlog (1921)
  • Der lieve Vrouw (1922)
  • Onder de wolk
  • Passiebloemen (1924) (toneel)
  • Broeder Francesco (1926)(toneel)
  • Padre Antonio (toneel)
  • Mevrouw Elisabeth (toneel)
  • Zuster Chiara (1927)
  • Heide (1936)
  • Zwarte Kempen, met etsen van O. Bronckaers (1943)
  • Harlindis en Relindis van Aldeneik (1945)
  • Geestelijk onderricht (1946-1963)
  • Terra D'Amore (1949)
  • Eigen leven en werk (1953)
  1. Pieter Serrien, Het elfde uur. Horizon (2018).
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.