Geluidshinder

Geluidshinder of geluidsoverlast is de subjectieve ervaring van mensen dat geluid als hinderlijk ervaren wordt. Hinderlijk geluid wordt wel lawaai, kabaal of herrie genoemd.

Geluidshinder, de subjectieve ervaring van mensen dat geluid als hinderlijk ervaren wordt.

Geluid is een belangrijk element in de leefomgeving van mensen. Het heeft een signaalfunctie en is in veel gevallen sfeerbepalend. Het kan echter ook zo hard zijn, dat geluid hinderlijk wordt; in dat geval is sprake van geluidshinder. Een op de vier Nederlanders heeft geregeld last van verkeerslawaai (situatie in 2003). Dertien procent van de Nederlanders ondervindt ernstige geluidshinder van de buren. De hinder varieert van een lichte irritatie over een grasmaaier tot een zodanig geluidsniveau van bijvoorbeeld een naastgelegen snelweg dat, als gevolg van stress en slapeloosheid, gezondheidsschade kan ontstaan.

Geluidshinder is relatief. Voorbeelden:

  • De ene persoon zal het zware geluid uit de uitlaat van een motorfiets als aangenaam en spannend ervaren. Een ander ervaart het als storend en onaangenaam verkeerslawaai.
  • Door de generaties heen wordt moderne muziek door de jongere mensen veelal gewaardeerd, terwijl de oudere generatie het aanduidt met lawaai.

Normen

Nederland

In Nederland zijn er, door het bepalen van normen, afspraken gemaakt over wat acceptabele geluidsniveaus zijn en wat niet. Deze normen zijn voor een aantal belangrijke bronnen of groepen van bronnen vastgelegd in de Wet geluidhinder (Wgh) en in de Wet milieubeheer (Wm). De normen zijn uitgedrukt in de Lden, een jaargemiddelde berekend over de dag, avond en nacht. De Wm bevat normen voor geluid afkomstig van wegen, spoorwegen en inrichtingen of vliegvelden. De Wgh bevat o.a. normen voor de nieuwbouw van woningen. Eisen voor de geluidsiolatie van woningen en installatiegeluid staan in het Bouwbesluit. Voor burenlawaai zijn geen normen in de wet vastgelegd; hetzelfde geldt voor geluid van sprekende of schreeuwende mensen op straat, die zijn geregeld in de APV. Wanneer een wettelijke geluidsnorm wordt overschreden, is er sprake van een te hoge geluidsproductie. Of er ook sprake is van subjectieve geluidshinder, hangt af van de beleving van de persoon die het geluid ervaart.

Naast de Nederlandse geluidswetgeving worden ook op Europees niveau richtlijnen en normen op het gebied van geluid vastgesteld. Nederland is verplicht deze richtlijnen in de eigen wetgeving op te nemen. Zo is de Europese Unie-richtlijn Omgevingslawaai in de Nederlandse wetgeving geïmplemeteerd.

In de arbeidsomstandigheden wordt geluid boven een niveau van 80 dB(A) als schadelijk beoordeeld, omdat het boven dat niveau bij langdurige blootstelling gehoorschade kan veroorzaken.

Met betrekking tot geluidshinder veroorzaakt door vliegverkeer werd de mate van geluidshinder uitgedrukt in Kosteneenheden (Ke) zoals door professor Kosten gedefinieerd. In 2017 wordt voor veel vliegvelden echter ook de Lden gebruikt.

België

De bestrijding van geluidshinder is in België in principe een gewestelijke (Vlaamse, Waalse, Brusselse) bevoegdheid. Alleen inzake onder meer de luchthaven van Brussel, en inzake productnormen, is de federale overheid bevoegd. Voor Vlaanderen is vooral van belang het VLAREM-reglement, waarin een groot aantal bepalingen van de Europese Richtlijn Omgevingslawaai zijn opgenomen. Ook de gemeenten kunnen reglementen uitvaardigen inzake geluidsoverlast (grasmaaiers, vogelschrikkanonnen).[1]

Bepaling van de geluidshinder

Geluidhinder is een kwestie van beleving. Er is daardoor een verschil tussen individuele hinderbeleving en hinderbeleving door een groep. Een individueel persoon kan een bepaald soort geluid of een bepaald geluidsniveau als hinderlijk ervaren, terwijl een ander persoon dat niet doet. Het doet er daarbij niet altijd toe of dat geluidsniveau onder of boven de in de wet toegestane maximale waarde ligt.

In Nederland zijn de wettelijke normen gebaseerd op de hinderbeleving van groepen. De ervaring leert dat, bij grotere groepen mensen, de hinder bij een bepaald geluidsniveau (naar tijd en plaats) slechts in beperkte mate varieert.

Om de geluidshinder bij de beoordeling van nieuwe plannen te kunnen voorspellen, wordt daarom gebruikgemaakt van zogenoemde dosiseffectrelaties. Deze drukken de relatie uit tussen het geluidsniveau en de mate van hinder die de bewoners ervan ondervinden. Een dosiseffectrelatie kan worden weergegeven in een grafiek. Aan zo'n grafiek kunnen plannenmakers bijvoorbeeld aflezen hoeveel hinder zal ontstaan als een bepaalde snelweg wordt aangelegd. Uit een schatting van de hoeveelheid verkeer die over de snelweg zal komen, wordt eerst de geluidsbelasting (de dosis) berekend. Vervolgens laat de grafiek zien voor welk percentage gehinderden (het effect) er bij die dosis geluidsbelasting te verwachten valt.

Maatregelen tegen geluidshinder

Voor de bestrijding van geluidshinder kunnen verschillende soorten maatregelen worden getroffen.

  • Bestrijding van geluid aan de bron; denk hierbij bijvoorbeeld aan stille autobanden,[2] stille(re) auto's, geluidreducerende wegdekverhardingen,[3] het verkeersluw maken van straten, het zachter zetten van de stereo, het dempen van de piano, etc.
  • Maatregelen tussen bron en ontvanger; denk hierbij bijvoorbeeld aan het plaatsen van een geluidsscherm of geluidswal of een betere isolatie van de muren tussen woningen.
  • Maatregelen aan de kant van de ontvanger; meestal gaat het dan om het aanbrengen van (extra) geluidsisolatie aan de woning en het rekening houden met geluidsnormeringseisen bij het ontwerpen van huizen.

Nederland

In Nederland leidt blootstelling aan geluid in 2007 tot 2300 DALY’s per 1 miljoen inwoners. Geluid vormt hiermee na chronische blootstelling aan fijnstof (11 200 DALY’s per 1 miljoen inwoners) de grootste milieugerelateerde bedreiging van de gezondheid.[4]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.