Futalognkosaurus
Futalognkosaurus is een geslacht van sauropode dinosauriërs behorend tot de groep van de Titanosauria dat tijdens het Late Krijt leefde in het gebied van het huidige Argentinië.
Futalognkosaurus Status: Uitgestorven, als fossiel bekend | ||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Geslacht | ||||||||||||||||
Futalognkosaurus Calvo, Porfiri & González-Riga, 2007 | ||||||||||||||||
Typesoort | ||||||||||||||||
Futalognkosaurus dukei | ||||||||||||||||
Afbeeldingen op | ||||||||||||||||
|
Naamgeving
De typesoort Futalognkosaurus dukei is in 2007 benoemd en beschreven door Jorge Orlando Calvo, Juan Domingo Porfiri, Bernardo Javier González-Riga en Alexander Kellner. De geslachtsnaam is afkomstig uit het Mapudungun, de taal van de in het gebied inheemse Mapuche: "futa" betekent "reusachtig" en "loñko" "opperhoofd"; omdat het Latijn de ñ niet kent, is gekozen voor de transcriptie "gn". De soortaanduiding verwijst naar de Duke Energy Argentina Company die de opgraving financierde.
Vondsten
In maart 2000 werd een staartwervel gevonden op de noordoever van het Lago Barreales toen een lage waterstand opgravingen begunstigde. Op de vindplaats bleken nog veel meer fossielen aanwezig, in 2007 geschat op een duizendtal.
Er zijn vanaf 2002 door Calvo resten van minstens drie exemplaren van Futalognkosaurus opgegraven in de provincie Neuquén in de Portezueloformatie uit het Coniacien, zo'n 87 miljoen jaar geleden. Eén daarvan bevatte een groot aantal botten dat nog in verband lag. Het holotype is MUCPv 323. Het omvat een volledige nek van veertien halswervels, tien ruggenwervels, de voorste staartwervel, het heiligbeen, beide darmbeenderen, een rechterschaambeen en een rechterzitbeen. Ongeveer 70% van het skelet is nu bekend: de hele nek, alle ruggenwervels, de ribbenkast en het bekken. De soort is volgens de beschrijvers daarmee nu de best bekende grote sauropode. De schedel, de staart (op de eerste wervel na) en de poten ontbreken echter. Al meteen, nog voor de beschrijving, werd de naam "Futalognkosaurus" gebruikt, dus toen nog als nomen nudum. Het ontbreken van een officiële publicatie leidde tot de foute spelling "Futalongkosaurus", een van de gevaren van het voortijdig gebruik van namen.
De groeve is klein, ongeveer 400 m² in oppervlakte, maar leverde ook resten op van Unenlagia, Megaraptor, Macrogryphosaurus en vele andere soorten dieren en planten.
In 2007 werd in een vervolgstudie het skelet van Futalognkosaurus meer in detail beschreven.
Beschrijving
Futalognkosaurus was een gigantische sauropode, in 2007 geschat op een lengte van tussen de 32 en 34 meter. In 2008 echter wees Calvo erop dat de afstand tussen de atlas en het eind van het heiligbeen 11,9 meter bedroeg en dat dit eerder wees op een lichaamslengte van zesentwintig meter. In de oorspronkelijke beschrijving hadden de auteurs zichzelf op een dwaalspoor gebracht door een reconstructietekening waarvan de schaal niet klopte. De nek is zeer robuust. Het gewicht wordt geschat als liggend tegen de tachtig ton; Futalognkosaurus komt in grootte overeen met Argentinosaurus en Puertasaurus die echter veel slechter bekend zijn. Het dier is niet zozeer extreem lang maar uiterst zwaargebouwd. De middelste halswervels hebben een hoogte tot 113 centimeter bij een lengte van 102 centimeter. Het bekken is vooraan 280 centimeter breed, gemeten over de voorbladen van de darmbeenderen.
De beschrijvers wisten verschillende onderscheidende kenmerken vast te stellen. Het doornuitsteeksel van de eerste halswervel, de atlas, is plaatvormig, rechthoekig en naar achteren gericht. Het doornuitsteeksel van de tweede halswervel, de draaier is hoog met en driehoekig profiel. Bij de middelste halswervels is de achterrand van het doornuitsteeksel hol. De middelste halswervels hebben op de voorste onderkant een uitholling, onder de positie van de onderste ribgewrichten, de parapofysen. De voorste ruggenwervels hebben vleugelvormige zijuitsteeksels die horizontaal staan. De voorste rugwervels hebben gewrichtsuitsteeksels, zowel voorste als achterste, die horizontaal gericht zijn. De eerste staartwervel heeft een verticale richel op het voorvlak van het doornuitsteeksel die zich onderaan splitst in twee kleinere richels. De eerste staartwervel heeft op het bovenvlak van het doornuitsteeksel een uitholling die begrensd wordt door de bovenkanten van de richel op het voorvlak en de richels op de zijvlakken. De tweede en derde sacrale ribben van het heiligbeen zijn vergroeid. Het zitbeen heeft een brede en goed ontwikkelde tak naar het darmbeen.
De ruggenwervels hebben geen hysposfeen-hypantrum-complex van secundaire gewrichtsuitsteeksels, een afgeleid kenmerk. Ook op een hoge positie in de stamboom wijzen de procoele wervels van de staartbasis, staartwervels met een voorwaarts geplaatste wervelboog, een heiligbeen van zes wervels en een schaambeen dat langer is dan het zitbeen.
Fylogenie
Een cladistische analyse toonde aan dat Futalognkosaurus nauw verwant is aan Mendozasaurus; hij werd met deze in de klade Lognkosauria ondergebracht.
Titanosauria |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Literatuur
|