Nationaal Comité 4 en 5 mei

Het Nationaal Comité 4 en 5 mei is een Nederlandse overheidsstichting die in eerste instantie de nationale dodenherdenking op 4 mei bij het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam en de Nationale Viering van de Bevrijdingsdag op 5 mei organiseert.

Nationaal Comité 4 en 5 mei
Detail van het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam
MottoVrijheid geef je door (2014)
Doel4 mei: Dodenherdenking
5 mei: Bevrijdingsdag
Opgericht1987
(Koninklijk Besluit tot instelling)
ZetelAmsterdam
Personen
VoorzitterGerdi Verbeet
DirecteurJan van Kooten
Website
Bevrijding van Utrecht door Canadese militairen, 7 mei 1945

Het comité is opgericht en gefinancierd door de overheid. In het bestuur zitten naast onafhankelijke leden ook qualitate qua ambtenaren van enkele ministeries. De leden van het Nationaal Comité 4 en 5 mei worden bij koninklijk besluit benoemd op voordracht van de minister-president en de staatssecretaris van VWS voor een periode van zes jaar. De leden zijn in principe niet herbenoembaar.[1] Anno 2016 is mevrouw Gerdi Verbeet voorzitter en Jan van Kooten directeur. De laatste jaren is het aantal taken van het comité sterk uitgebreid.

Opdracht

Het comité is (mede)verantwoordelijk voor de organisatie van de nationale dodenherdenking op 4 mei op de Dam en de nationale viering van de bevrijding op 5 mei, de 14 bevrijdingsfestivals en het afsluitende 5 mei-concert op de Amstel.[2]

De viering van de bevrijding is sinds 1990 sterk uitgebreid. Deze viering start sinds 2012 elk jaar in een andere provincie. Hierbij is de minister-president aanwezig. Het ontsteken van het bevrijdingsvuur is het startsein voor de bevrijdingsfestivals en alle andere festiviteiten in heel Nederland. 's Avonds wordt de viering van de bevrijding afgesloten met het 5 mei-concert op de Amstel in aanwezigheid van koning Willem Alexander.

Formeel noemt het instellingsbesluit van het comité de volgende taken: Het Nationaal Comité heeft tot doel en taak:

  1. het geven van richting aan de zingeving van herdenken en vieren;
  2. de organisatie van de jaarlijkse nationale herdenking op 4 mei;
  3. de organisatie van de jaarlijkse nationale viering van de bevrijding op 5 mei;
  4. het voeren van een voorlichtingsbeleid dat tot doel heeft de betrokkenheid bij en participatie aan herdenken en vieren te vergroten;
  5. het bevorderen van de afstemming van landelijke en plaatselijke manifestaties.[3]

Geschiedenis

Het Nationaal Comité 4 en 5 mei is in 1987 bij koninklijk besluit ingesteld.[4] Voor dat jaar bestonden er voor 4 mei en 5 mei aparte organisaties: het Nationaal Comité Viering Bevrijding en het Comité Nationale Herdenking. Samenwerking tussen de twee organisaties verliep moeizaam en pas na regeringsbemoeienis is het tot één comité gekomen.

Taken

Het is tevens een taak van het comité om de betrokkenheid bij herdenken en vieren te vergroten en de samenhang en afstemming tussen alle activiteiten op 4 en 5 mei te verbeteren. Daarom verzorgt het activiteiten op het gebied van educatie en wil het een kennispunt zijn voor iedereen die zich bezighoudt met- of zich wil verdiepen in herdenken en vieren in Nederland. Het comité onderhoudt ook een uitgebreide online database van oorlogsmonumenten.[5] Deze beschrijft meer dan 3.600 monumenten en biedt zowel de feitelijke gegevens van elk monument als de achtergrond en de geschiedenis ervan. Meestal is er een foto bijgevoegd.

In 2011 kreeg het comité de subsidietaak op het gebied van voorlichting en educatie over de oorlog die eerder was toebedeeld aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het comité verdeelt nu jaarlijks een budget van 900.000 euro. Het ondersteunt sindsdien ook de beleidsontwikkeling van musea en nationale herinneringscentra en kan toegepast onderzoek laten uitvoeren. Ook de steun aan vrijwilligersorganisaties van lotgenoten ligt nu bij het comité.

Financiering

Het comité krijgt een instellingssubsidie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en een aanvullende bijdrage van het ministerie van Algemene Zaken. Met Defensie heeft het comité een overeenkomst waarin steun bij het 5 mei-concert en de Bevrijdingsfestivals is afgesproken, zo worden de 'Ambassadeurs van de Vrijheid' (artiesten die optreden op de 14 bevrijdingsfestival in heel Nederland) kosteloos rondgevlogen. Ook van het vfonds ontvangt het comité een vaste jaarlijkse subsidie van ongeveer € 900.000 voor de organisatie van de bevrijdingsfestivals.

Bestuur en werkwijze

De minister-president en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport benoemen het bestuur. Daarnaast zijn volgens de wet lid:

Met diverse ministeries werkt het comité samen op projectbasis. De debatten op 5 mei worden ondersteund door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Voor het Schooltv-weekjournaal wordt er samengewerkt met het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. De oproep voor twee minuten stilte in het verkeer op 4 mei gebeurt in afstemming met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Kritiek

Gauck

De nationale viering van de bevrijding start elk jaar in een andere provincie. De bevrijdingsprovincie was in 2012 de provincie Noord-Brabant. De officiële start vond in 2012 in Breda plaats.[6] Toen de Duitse president Gauck werd uitgenodigd om in 2012 in Breda de bevrijdingslezing te geven, ontstond er opschudding en zijn komst leidde tot een protestactie. Zijn rede werd echter goed ontvangen.

SS-gedicht

Verder kreeg het comité in 2012 stevige kritiek op zijn besluit een gedicht over een Nederlandse SS'er op de Dam te laten voorlezen tijdens de nationale dodenherdenking 2012. Het gedicht werd na bezwaren teruggetrokken.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.