Australische tijgerslang
De Australische tijgerslang (Notechis scutatus) is een voor mensen potentieel dodelijke gifslang uit de familie der koraalslangachtigen (Elapidae) en de onderfamilie Elapinae.[2] Het is de enige soort uit het monotypische geslacht Notechis.
Notechis scutatus IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2018) | ||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | ||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||
Soort | ||||||||||||||||||
Notechis scutatus Peters, 1861 | ||||||||||||||||||
Afbeeldingen op | ||||||||||||||||||
Notechis scutatus op | ||||||||||||||||||
|
De soort werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Wilhelm Peters in 1861. Hij werd lange tijd tot het geslacht Hoplocephalus gerekend, waardoor de verouderde wetenschappelijke naam in de literatuur wordt gebruikt.
Kenmerken
De huidkleur varieert sterk per exemplaar en per seizoen, van grijs tot licht- of donkerbruin dan wel olijfkleurig, dikwijls met smalle, gele dwarsbanden. De lichaamslengte kan ook sterk verschillen, en bedraagt bij een volwassen dier 100 tot 210 cm.
Leefwijze
Deze overwegend dagactieve, terrestrische slang is soms ook actief in de ochtend- en avondschemering, zolang het weer goed is. Zijn voedsel bestaat voornamelijk uit kikkers, die hij met zijn gif verlamt. Als hij zich bedreigd voelt, maakt hij zijn hals breed en tilt zijn voorlichaam omhoog.
Voortplanting
De worp bestaat meestal uit 30 jongen.
Verspreiding en leefgebied
Deze soort komt endemisch voor in Australië.
|
Geslachten van de familie koraalslangachtigen of Elapidae (soortenlijst) | |
---|---|
Onderfamilie zeeslangen (Hydrophiinae) Onderfamilie Elapinae |