Anatomische terminologie

In de anatomie wordt een groot aantal termen gebruikt die voor de leek niet meteen begrijpelijk zijn. Hieronder worden er kort een aantal verklaard.

Anatomische stand

De anatomische stand is een rechtopstaand mens met de voeten licht gespreid en de tenen naar voren wijzend, de armen afhangend maar iets van het lichaam gehouden en waarbij de handpalmen naar voren worden gehouden. Bij plaatsaanduidingen kan men deze stand als referentiekader gebruiken.

De vlakken

We kunnen ons een aantal doorsneden door het lichaam voorstellen, waarvan de belangrijkste zijn:

  • het coronale vlak, verticaal en van links naar rechts, verdeelt het lichaam in voor- en achterkant.
  • het mediane vlak, verticaal, van voor naar achter, verdeelt het lichaam in twee gelijke, linker en rechter, delen.
  • het sagittale vlak, (paramediaan vlak) verticaal, van voor naar achter. Evenwijdig aan het mediane vlak, verdeelt het lichaam in twee ongelijke delen.
  • het transversale vlak, horizontaal door het lichaam, verdeelt het lichaam in boven en onder.

Voor de indeling van de hersenen wordt een iets andere terminologie gebruikt, zie hiervoor anatomie hersenen.

Proximaal en distaal

  • proximaal is dichter naar het lichaam toe;
  • distaal is er verder vanaf.

(De vingers zitten distaal van de pols).

Pronatie en supinatie

pronatie is het naar boven draaien van de handrug; supinatie de beweging waarmee men in de handpalm kijkt, of naar de voetzool.

Valgus en varus

een ledemaat staat in valgusstand als het distale deel van de lichaamsas afwijst; in varusstand als het distale deel naar de lichaamsas toewijst.
(genu = knie; genua valga zijn X-benen; genua vara zijn O-benen).

Centraal en perifeer

Centraal is naar het midden van het lichaam toe; perifeer van het midden af.

Worden altijd benoemd vanuit de patiënt gezien: de spreker stelt zich in de plaats van de patiënt.

Bekijken van röntgenfoto's

Röntgenfoto's worden zo beoordeeld dat het is of men voor de patiënt staat en hem aankijkt. Op een thoraxfoto staat het hart dus aan de rechterkant.
CT-scans en MRI-scans in het transversale vlak worden in rugligging en van onderen bekeken, de lever zit op een doorsnede van de buik dus links.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.