< Heraclitus over de natuur
Heraclitus over de natuur

Aldus is de arbeid, waardoor het menselijke kunstproduct wordt voortgebracht, wezenlijk van belang om de kosmische staatsordening in stand te houden. Daarom is voor de polis een geldeconomie onontbeerlijk. Daarvoor is het nodig goud te zoeken. De arbeid die dit kost levert echter betrekkelijk weinig op (150). Ook in het arbeidsproces is er sprake van een eenheid der tegendelen. Niet alleen vormen weinig goud vinden en veel aarde opgraven een eenheid in de vorm van één arbeidshandeling die twee polen heeft, maar ook bij het ambacht, waarbij gebruik wordt gemaakt van de volderskam, is er sprake van een eenheid der tegendelen. De volderskam wordt namelijk op en neer in beweging gezet. Op en neer zijn tegendelen, die echter deel uitmaken van een eenheid, namelijk de op- en neergaande weg van de volderskam (151). Zowel de volderskam als de geldeconomie waren in Heraclitus’ tijd nieuw. Ten slotte noemt Heraclitus nog een vorm van arbeid waarbij gebruik wordt gemaakt van pijl en boog. Ook deze arbeid maakt een eenheid van tegendelen uit. De spanning van de boog is namelijk in overeenstemming met de kracht van het leven, die beide echter ook de dood teweegbrengen (152). Deze fragmenten geven een indruk van Heraclitus’ leefwereld.

Fragmenten hierover

150. Want zij die goud zoeken graven veel aarde op en vinden weinig.

151. De weg van de kaarde is één en dezelfde.

152. De boog heet leven, maar zijn werk is de dood.

This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.