zagen in

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zagen in    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˌzaχə(n)ˈɪn/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /zaɣə(n)ˈɪn/
Woordafbreking
  • za·gen in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inzagen

zagen (…) in

  1. meervoud tegenwoordige tijd van inzagen
vervoeging van
inzien

zagen (…) in

  1. meervoud verleden tijd van inzien
    • Wij zagen in. 
    • Jullie zagen in. 
    • Zij zagen in. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.