wrochten

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • wroch·ten
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘werken’ voor het eerst aangetroffen in 1798 [1] [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs		 verleden
tijd		 voltooid
deelwoord
wrochten
wrochtte
gewrocht
zwak -t volledig

Werkwoord

wrochten [3] [4]

  1. op een zelfverzonnen manier in elkaar zetten
    • Zij wrochten iets kunstigs 
    • Wat heb je voor prachtigs gewrocht? 
Afgeleide begrippen
  • wrochtsel
Verwante begrippen

Gangbaarheid
  • Het woord wrochten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
53 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. "wrochten" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. wrochten op website: Etymologiebank.nl
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  4. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.