wolkloos
Nederlands
Woordafbreking
- wolk·loos
Bijvoeglijk naamwoord
wolkloos
- (dichterlijk) met een blauwe hemel, zonder wolken
- Wolkloos welfde zich de lichte hemel boven hun hoofden, en bladstil strekte zich het smaakvol aangelegd plantsoen aan hun voeten [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'wolkloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Emants, M. Jong Holland. 2e druk (1983) Querido, Amsterdam; ISBN 9021495775; p. 171; geraadpleegd 2016-04-20
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.