winning
Nederlands
Woordafbreking
- win·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | winning | winningen |
verkleinwoord | winninkje | winninkjes |
Hyponiemen
- aardgaswinning, broodwinning, geldwinning, kostwinning, landwinning, steenkolenwinning, steenkoolwinning, waterwinning, zandwinning, zoutwinning
Gangbaarheid
- Het woord winning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'winning' herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen. |
Engels
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.