went af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  went af    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɛnt ˈɑf/
Woordafbreking
  • went af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afwennen

went (…) af

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwennen
    • Jij went af. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwennen
    • Hij went af. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van afwennen
    • Went af! 

Gangbaarheid

  • Het woord went af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.