vrijbuiten
Nederlands
Woordafbreking
- vrij·bui·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vrijbuiten |
vrijbuitte |
gevrijbuit |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
vrijbuiten
- inergatief (geschiedenis) als kaper varen, op roof uitgaan
- inergatief avonturieren
Gangbaarheid
- Het woord vrijbuiten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.