vliegeren
Nederlands
Woordafbreking
- vlie·ge·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vliegeren |
vliegerde |
gevliegerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
vliegeren
- We hebben op het strand een hele tijd gevliegerd.
Gangbaarheid
- Het woord vliegeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vliegeren' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.