violier

Nederlands

Uitspraak

Geluid: violier (hulp, bestand)

Woordafbreking

vi·o·lier

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van viool met het achtervoegsel -ier [1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	violier	violieren
verkleinwoord	violiertje	violiertjes

Zelfstandig naamwoord

violier v / m [2]

(plantkunde) verschillende plantensoorten, zoals: Malcolmia maritima , zeeviolier, Matthiola incana , zomerviolier, Matthiola longipetala , avondviolier, Hottonia palustris , waterviolier

Hyponiemen

strandviolier, waterviolier, winterviolier

Vertalingen

1.

Spaans: alhelí ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord violier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'violier' herkend door:

72 %	van de Nederlanders;
66 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.