vinken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vin·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van vink met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vinken
vinkte
gevinkt
zwak -t volledig

Werkwoord

vinken [1] [2]

  1. overgankelijk afvinken
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

vinken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vink

Gangbaarheid

  • Het woord vinken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.