vierling

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vierling vierlingen
verkleinwoord vierlingetje vierlingetjes

Zelfstandig naamwoord

vierling m [2]

  1. meerling van vier stuks, vier uit één zwangerschap of dracht geboren kinderen of jongen

Gangbaarheid

  • Het woord vierling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.