verslechteren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·slech·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van slecht met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -eren.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verslechteren
verslechterde
verslechterd
zwak -d volledig

Werkwoord

verslechteren

  1. ergatief slechter worden, achteruitgaan
    • De humanitaire situatie verslechtert per maand. 
  1. overgankelijk slechter maken
    • De sombere stemming werd verslechterd door tegenvallende cijfers over de economische groei in 's werelds grootste economie. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verslechteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.