versierder
Nederlands
Woordafbreking
- ver·sier·der
Zelfstandig naamwoord
versierder m [1]
- iemand die vrouwen lokt en met vrouwen flirt
- James Bond is een van de bekendste versierders.
- Ze typeert hem, niet onverdienstelijk, als een versierder die bij zichzelf diepere, waardiger smart voelt dan bij al die „snikkende vrouwen en baby’s” die hij achterlaat, een smart die „bovendien zeer bruikbaar is bij het versieren van volgende dames”. Ze noemt zijn teksten „pure abracadabra” , maar ze neemt deze „wonderdichter” niets kwalijk. „Het onbegrijpelijke en mismoedig stemmende ligt in het publiek dat dit slikt, diepe wijsheden meent te horen, wild applaudisseert, niets verstaat en Alles begrijpt. Zo’n publiek vraag erom, het wil versierd worden.”[2]
- iemand die iets mooi maakt door het glans te verlenen
- Hij was de versierder van de feestzaal.
Gangbaarheid
- Het woord versierder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'versierder' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.