verbouwing
Nederlands
Woordafbreking
- ver·bou·wing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verbouwing | verbouwingen |
verkleinwoord | verbouwinkje | verbouwinkjes |
Zelfstandig naamwoord
verbouwing v
- een bouwkundige wijziging aan een bestaand gebouw
- De klusser deed de ene na de andere verbouwing aan zijn huis.
Gangbaarheid
- Het woord verbouwing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verbouwing' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.