vechter
Nederlands
Woordafbreking
- vech·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vechter | vechters |
verkleinwoord | vechtertje | vechtertjes |
Zelfstandig naamwoord
vechter m
- iemand die een gevecht niet uit de weg gaat
- Hij is een echte vechter.
Hyponiemen
- kampvechter, kooivechter, prijsvechter, stierenvechter, straatvechter, voorvechter
Vertalingen
1. iemand die een gevecht niet uit de weg gaat
Gangbaarheid
- Het woord vechter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vechter' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.