vastbesloten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vast·be·slo·ten
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen vastbeslotenvastbeslotenervastbeslotenst
verbogen vastbeslotenste
partitief vastbeslotensvastbesloteners-

Bijvoeglijk naamwoord

vastbesloten

  1. zeker een doel voor ogen hebbend
    • De vastbesloten landen van de Arabische Liga lieten zich door het veto niet van de wijs brengen. 

Gangbaarheid

  • Het woord vastbesloten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.