valsspeler

Nederlands

de valsspeler laat 2 personen mee kijken in de kaarten van zijn tegenstander
Uitspraak
Woordafbreking
  • valsĀ·speĀ·ler
Woordherkomst en -opbouw
  • afleding van naamwoord van handeling valsspelen en met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord valsspeler valsspelers
verkleinwoord valsspelertje valsspelertjes

Zelfstandig naamwoord

valsspeler m

  1. iemand die niet eerlijk is tijdens het spelen van een spel
    • De valsspeler probeerde in de kaarten van zijn tegenstander te kijken d.m.v. een spiegel. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord valsspeler staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.